zondag 30 oktober 2022

SHARTIE AART DEKKER / BIJ HET OVERLIJDEN VAN COLUMNIST HUGO CAMPS: 'Mooie jurk' / KUDO 2000 / MEMORIAM & INTERVIEW NRC /

SHARTIE AART DEKKER

BIJ HET OVERLIJDEN VAN COLUMNIST HUGO CAMPS

'Mooie jurk'  - Toeval bestaat niet...

Binnen het uur van het nieuws op TV dat Hugo Camps was overleden kwam ik toevallig het bovenstaande 22 jaar oude knipsel tegen bij het ordenen van alweer een stapel oud papier. Het overkomt me vaker  - dit soort 'toeval' -  je bent dan geneigd om het niet toevallig te vinden... 

Maar goed, toeval of niet, als amateur-columnist en vrijwel altijd NRC-lezer geweest zijnde, was Hugo Camps natuurlijk iemand waarvan ik heel veel heb gelezen, en omdat het toch een Oude Meester van die kunst betreft zal ik vast weleens wat van hem hebben opgepikt. Het is me in ieder geval altijd duidelijk geweest dat hij een goede columnist was, ook al schreef hij weinig over Basketball; het ging bij hem heel vaak over Wielrennen, Voetbal of de allergrootste Algemene Sport.

Dus dan doe je iets met dat zeer oude 'Knipsel Uit De Oude Doos', u zag het hierboven.

Ik heb er gelijk maar twee fragmenten bij gedaan van recente, relevante andere NRC-artikelen, via de bijgevoegde Links vindt je de complete originele versies op de NRC-site.

AD

Dit is een artikel uit het NRC-archief:

En de sportvrouw van het jaar is ... Leontien van Moorsel!

Inge de Bruijn geeft geen krimp. Terwijl Van Moorsel met ingestudeerde gaullistische tred naar het podium schrijdt, reikt Inge de mond naar het oor van haar geliefde, Jacco, en fluistert: ,,Mooie jurk, hè.'

Er zat een split in die jurk, maar dat wilde Inge niet zien: mooie benen heeft zijzelf ook wel. De Bruijn hield het koninklijk.

Elf wereldrecords en vier olympische medailles legden het af tegen een mooie jurk. Nou ja, mooi? Van Moorsel had zich ingesnoerd in een soortement veredeld zilverpapier met een fluorescerend schijnsel. Een Brenda Lee-jurkje uit de jaren vijftig toen naakt nog niet gewoon was. Je ziet het vaker: Nederlanders die op gala gaan, keren terug in de tijd.

Het sportgala van de NOS was van een stuitende zelfgenoegzaamheid. Een combinatie van exhibitionisme van naad en snit en hoerapatriottisme. Chic en vrolijkheid op bevel. Herkauwde glorie. Golden Earring was ingehuurd om de ambiance van het Holland House weer tot leven te brengen. Een onmogelijke opdracht voor ruïnes-met-geluid. Toch zag ik aan het einde van de avond Margo Vliegenthart en het nietige D66-mannetje Wolfensberger een paar danspasjes wagen. Ze dansten van jicht tot jicht. Maar Mart Smeets en Jack van Gelder vonden het prachtig.

Sportman/sportvrouw van het jaar: het is een cliché van hier tot Tokio. Het is een non-keuze. Sportdisciplines zijn nauwelijks vergelijkbaar. Ik ben geneigd Igor Kornejev tot sportman van het jaar te benoemen omdat hij met zijn luie timing in de wreef Feyenoord tot herfstkampioen heeft getemporiseerd. De eenzame Igor, meester over winst en verlies, meer dan Kalou of Bosvelt, daar is niet tegenop te zwemmen.

Of waarom niet Richard Groenendaal? De slijkvreter die de modder en nog veel meer hindernissen klieft en soms met de souplesse van een hinde over balken en grachten springt. Wereldkampioen in een modderballet, daar hoort een agrarisch volk van op te kijken. Wat heeft Pieter van den Hoogenband meer dan Sjeng Schalken? Juist: medailles. Maar Schalken heeft met minder talent en meer sociale eenzaamheid ook de top bereikt. Doe mij dan maar Schalken.

Het sportgala is commercie en amusement. Dan nog NOS-amusement, gepresenteerd met de wellust van het monopolie. Het zegt verder weinig over de epische exploten van betrokkenen. Ik ben niet zo'n ijsman, maar de prestaties van Gianni Romme zijn als ritueel van het lijden indrukwekkender dan het gewriemel in het water van Van den Hoogenband. Over sport gesproken, wat is er mooier, atletischer, prestigieuzer dan een piaffe van Bonfire? Dan wil je het stoempen van Erik Dekker toch niet meer zien.

Het sportgala van de NOS is uiteindelijk te herleiden tot toebrengen van leed. De strik rond een rivaliteitencultuurtje onder het mom van Oranje-gekte. Verkapt nationalisme verheven tot de trog van hemel en aarde. Iedereen doet mee, want iedereen is bang om niet gezien te worden. Volgend jaar zit Karel Aalbers ook weer mee vooraan in de RAI. Als redder van zichzelf en van Vitesse. De scheidslijn tussen sport en charlatanisme is zo dun. Zeker in de regie van de NOS.

Een mooie jurk, hè!

Ik heb altijd gedacht dat calvinisten iets van gêne hadden voor succes. Althans, dat hun euforie meer binnenkant dan buitenkant had. Nee dus. Het Holland House zit in iedere Nederlander. De klomp, de tulp en de koe mogen dan uit het rek van de nationale symbolen zijn getuimeld, de oerdrang om geluk en glorie op te voeren tot een polonaise is intact gebleven. Het sportgala van de NOS was een pure afgeleide van het polonaise-gevoel. En dus alleen maar representatief voor zwakbegaafden en penose.

A propos, waar was Annemarie Jorritsma eigenlijk? Wou onze Friese godin het Hup Holland Hup opeens niet meer verheffen tot de binnenkomende kreet van Nederlandse handelsdelegaties? Zij had als geen ander moeten schitteren op het sportgala. In een Finse jurk met split. Zij is voor Oranje toch, samen met Erica, de brandstof die de vlam verteert. En zij kan ook nog mooi zingen. Als Annemarie nou eens met Barry Hay van Golden Earring `When the lady smiles' had geplaybackt dan had Inge de Bruijn zeker tot Jacco gefluisterd: ,,Leuk mens, hè.'

En een leuk mens is meer dan een mooie jurk.

 

MEER:

NRC MEMORIAM / NECROLOGIE

Necrologie

"Als de wielerkoersen weer begonnen, dansten zijn woorden op het papier

Hugo Camps (1943-2022) Hij noemde zichzelf de „regisseur van de provocatie”. De liefde, de schoonheid en de dood waren voor schrijver en columnist Hugo Camps de grote thema’s.

‘De tijd is een sluipmoordenaar waar ook ik niet aan ontkom”, schreef hij op de eerste bladzijde van zijn autobiografie, Camps 75 – een leven van inkt, nylons en masseerolie. Op een zomerse dag in de herfst is Hugo Camps overleden, 79 jaar oud. Afgelopen zaterdag in zijn woonplaats Knokke, waar hij met zijn vrouw Martine dicht bij de zee woonde. Zijn hele werkende leven was hij als bevlogen journalist/columnist actief in België, tot aan zijn dood voor Het Laatste Nieuws (vorige maand nog een in memoriam van oud-Anderlechtmanager Michel Verschueren), in Nederland maakte hij sportcolumns voor NRC Handelsblad (1993-2019) en was hij nog langer als interviewer en columnist actief voor Elsevier Weekblad. En hij schreef boeken – vooral over zijn favoriete sporten wielrennen en voetbal, maar ook over België, Frankrijk, ondernemers en succesvolle vrouwen. Liefde, schoonheid en de dood – dat waren voor Hugo Camps de grote thema’s.

Bijna tien jaar geleden.... "

Lees het hele verhaal op de site van NRC    ---  Hier --- 

 

INTERVIEW NRC 2019:

Interview

Hugo Camps: ‘Ik ben de echokamer van de gewonde mens’

"   Afscheidsinterview Na ruim 26 jaar nam Hugo Camps afscheid als sportcolumnist van NRC. Hij viel op door zijn zwierige taalgebruik en oog voor detail. „Na al die jaren ben ik nog steeds zo onzeker als de pest.”

Hugo Camps was een jaar of dertien toen hij een auto voorbij zag rijden. ‘Gazet van Antwerpen’, stond op de flanken. De man in de auto, de vorm van de letters – ze staan in zijn geheugen gegrift. Hij besloot die dag journalist te worden, want met zo’n auto zou hij vast succes bij de meisjes hebben.....

...."

Lees het hele INTERVIEW op de site van NRC    --- Hier ---

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten