Afb. Luiaard, van -- Hier -- |
(Inleidend) Fragment(VK.nl/de Gids, 'Waarom lummelen van levensbelang is - en wat we in dat opzicht van andere dieren kunnen leren'):
"Waarom lummelen van levensbelang is - en wat we in dat opzicht van andere dieren kunnen lerenDe mens is ook een dier, dus zou hij zich best wat meer als zodanig mogen gedragen. Bijvoorbeeld als het gaat om de balans tussen inspanning en ontspanning: ‘Vooral mannelijke leeuwen voeren geen flikker uit.’
VK.nl/de gids, Wilma de Rek, 14 februari 2019
Of hij weleens een depressief dier heeft gezien, was de vraag. Voor het eerst valt Maarten Frankenhuis langer dan dertig seconden stil. De diergeneeskundige en oud-directeur van Artis kijkt peinzend door het raam van de woning in Broek in Waterland die hij na zijn pensionering samen met echtgenote Liesbeth betrok. Achter dat raam strekt zich een groot weiland uit, vanwaar verschillende soorten gevogelte opstijgen. Dan: ‘Stress komt in het dierenrijk volop voor. Maar depressie bij dieren is mij volkomen onbekend.’
En een beest met een burn-out?
‘Nee, dat al helemaal niet. Als verzorgers vroeger zeiden: hij ligt timide in de hoek en hij rent niet naar de voederbak, zoals normaal, dan dacht ik nooit aan een depressie of een burn-out. Dan dacht ik: dat beest is gewoon ziek. Maar je kunt het ze niet vragen, hè. We weten het gewoon niet.’De afgelopen maanden besteedde de Volkskrant uitgebreid aandacht aan de burn-outepidemie die van sommige geïnterviewden geen epidemie genoemd mocht worden. Twee weken geleden kwam onderzoeksbureau TNO met nieuwe cijfers: in 2017 zei 16 procent van de 8,5 miljoen werkende Nederlanders burn-outklachten te ervaren. Twee jaar eerder was dat 14 procent, in 2007 11 procent.
In de verhalen werden allerlei verklaringen genoemd: prestatiedruk, verminderde autonomie, hoe ingewikkeld het tegenwoordig is om een bevredigend verhaal te weven rond het eigen ik. In vrijwel elk stuk kwam ook de werkdruk ter sprake. Het ging veel over hoe we ons inspannen.
Maar hoe zit het met de manier waarop we ons óntspannen? En wat kunnen mensen in dat opzicht leren van andere dieren?
Want de mens is ook een dier; de homo sapiens bestaat nog maar een paar honderdduizend jaar, als een van de resultaten van de evolutie die al een paar miljard jaar gaande is, en het grootste deel van zijn bestaan verschilde zijn dagelijks leven niet zoveel van dat van andere dieren. We mogen dan nu parmantig in mooie pakjes de wijsneus uithangen, ons lichaam is niet anders dan dat van onze jagende en verzamelende betovergrootouders; evolutie verloopt uiterst traag. In de woorden van Frankenhuis: ‘Die paar generaties dat wij nu vuistbijlen maken, met pijl en boog schieten, boekdrukken, e-mailen: het is een rimpeling in de wordingsgeschiedenis van onze soort.’
.......................
............
..."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten