donderdag 5 april 2018

COLUMNIST HAARLEMS DAGBLAD: Joost Prinsen - 'De Korfbal Index' - Een theorie over de relatieve waarde van Sport-medailles


DWDD Fragment- Joost Prinsen over Willem Wilmink




Aan het begin van dit seizoen begonnen stond hij hoog op ons verlanglijstje om uit te nodigen over Willem Wilmink. Eindelijk is hij er: Joost Prinsen. Ze werkten onder andere samen bij de Stratenmaker-op-zee-show, J.J. De Bom en Het Klokhuis. 

Meer Wilmink? Check de rubriekspagina.


Persoonlijk zie ik hem liever zoals hierboven, maar Joost Prinsen is ook Columnist. In de laatste dagen van het Schaatsseizoen 2017-18 resulteerde dat in onderstaande Column.

Of de wiskunde helemaal klopt? Ik weet het niet, mijn hoofd staat er ook niet helemaal naar...maar ik wil wel even noteren dat volgens Joost -als ik het goed lees en begrijp- 149 landen lid zijn van Fiba, Fiba zelf meldt: "Founded by eight nations in 1932, we now bring together 213 National Basketball Federations from all over the world."...

Maar daarom geldt eens te meer: Reageren? Graag!

AART DEKKER

Column Joost Prinsen: De Korfbal Index

Korfbal wordt buiten onze grenzen nauwelijks beoefend. Vervelend voor onze internationals: geen tegenstanders. We spelen wel eens tegen België geloof ik. 
Volgens Mart Smeets bestond het Belgische team vroeger uit een Antwerpse familie aangevuld met wat vrienden en kennissen.

Stel dat korfbal als olympische sport zou worden toegelaten, en waarom niet, dan kon er meteen om goud en zilver gespeeld worden. Best of five of zo. Er zijn wel meer landen aangesloten bij de internationale bond, vijfenzestig om precies te zijn, maar dat zijn meer papieren leden. Ik geloof niet dat ze allemaal van die palen hebben met een korf eraan.

Zo’n korfbal medaille is wat makkelijker te winnen dan het goud in hockey. Want dat doen ze serieus in vijfendertig landen. Nog lastiger dan hockeygoud is het om bij basketbal, korfbal voor volwassenen, op de hoogste trede te staan. Honderdnegenenveertig landen zijn aangesloten bij de internationale bond.

Voetbal: Helemaal moeilijk. Wil je daar goud winnen, moet je de beste zijn van 216 landen. Een geweldige prestatie van de Fifa want er zijn maar 196 erkende staten in de wereld. Dus ergens moeten landen zich gesplitst hebben voor een soort dubbel lidmaatschap.
Engeland, Schotland, Wales en Noord Ierland. Dat schiet lekker op natuurlijk.

Mijn punt vandaag: de ene gouden medaille is kennelijk lastiger te winnen dan de andere. Kunnen we daar iets aan doen? Bij voorbeeld: medailles op- en afwaarderen zodat er een eerlijke medaillespiegel tot stand komt. De oplossing van dat probleem: de Korfbal Index.

De som, niet meteen weglopen, is simpel. Men neme het aantal landen waar een sport beoefend wordt. Dat is het AL-cijfer (Aantal Landen). Dan tel je het totaal aantal bondsleden van al die landen bij elkaar op: het TAB-cijfer (Totaal Aantal Bondsleden). Vermenigvuldig die twee cijfers met elkaar en deel de uitkomst door honderdduizend: ziedaar het Indexcijfer. De formule: (AL x TAB) : 100.000 = Index

Voorbeeld: korfbal. Aantal landen bij korfbal, laat ik gul zijn vandaag, vijf. Gezamenlijk aantal leden: honderdtwintigduizend. De Korfbal Index: (5 x 120.000) : 100.000 = 1,2.
 
Is het niet vreemd dat we alle bondsleden van al die landen bij elkaar optellen en dan ook nog eens gaan vermenigvuldigen met al die landen? Nee, dat is het niet. Neem paalwerpen. Wordt alleen beoefend in Schotland. Aantal leden: twintigduizend. Korfbal Index paalwerpen: (1 x 20.000) : 100.000 = 0,20. Maar stel dat er in 30 landen werd paalgeworpen met een totaal van eveneens twintigduizend leden dan zou het indexcijfer 6 zijn. Veel hoger. En terecht want het is lastiger om de beste zijn van dertig landen dan van slechts één land.

Natuurlijk wilt u weten wat onze gouden schaatsplakken waard zijn op de korfbal Index. Reken dat rustig zelf uit. Dan hebt u iets te doen tijdens de dweilpauze.

**

Meer Joost Prinsen, maar nu van AD.nl:

Joost Prinsen, presentator © Jacqueline de Haas


PREMIUM



Joost Prinsen is 75 en heeft nog steeds speeldrift

Een hele generatie kent hem vooral als Erik Engerd. Echt trots is Joost Prinsen (75) daar niet op. Over veel van zijn andere prestaties is hij beter te spreken. ‘Ik ben geen Laurence Olivier of Robert De Niro, maar ik hoef me niet te schamen.’





Het hele artikel/interview lees je   ---  Hier  ---

Geen opmerkingen:

Een reactie posten